De uitleg voorzien in de FAQ kan gewijzigd en aangepast worden, met name afhankelijk van de wetgevende en technische ontwikkelingen.
Hoe meet je een wapen met opvouwbare kolf?
De verschillende lengtes worden vastgesteld zoals hieronder uitgelegd (zie tekening (1) ).
(1) Deze tekening is indicatief; zij geeft niet alle mogelijke gevallen weer en zij verbindt de PROEFBANK niet./
De totale lengte van het wapen (dit is lengte “A”) wordt gemeten met de kolf maximaal uitgevouwen en wordt gemeten van de loopmond tot aan het uiteinde van de kolf (kolfplaat).
De looplengte (dit is lengte “B”) wordt gemeten van de loopmond tot aan het begin van de patroonkamer.
De lengte over alles van het wapen met de kolf opgevouwen (dit is lengte “C”) wordt gemeten vanaf de loopmond zonder hulpstukken.
Al deze lengtes gelden zonder hulpstukken. Een hulpstuk zoals een vlamonderdrukker, een geluiddemper, een bajonet, ... dient niet in deze metingen te worden meegeteld.
Een wapen wordt beschouwd als een lang wapen indien lengte “A” meer dan 60 cm bedraagt of indien lengte “B” meer dan 30 cm bedraagt.
Een lang wapen wordt beschouwd als een verboden wapen indien lengte “C” minder dan 60 cm bedraagt.
Deze informatie is louter ten titel van inlichting/ter illustrie en verbindt de PROEFBANK niet.
De PROEFBANK is de referentie-instantie wat betreft het categoriseren van wapens. Het meten van het wapen door de PROEFBANK gebeurt in functie van de gegevens en de instrumenten in haar bezit op het ogenblik van de meting.
Is het wapen met opvouwbare of telescopische kolf niet langer verboden indien de kolf wordt vastgeplakt of -geschroefd?
De lengte van het wapen moet worden vastgesteld op het ogenblik van de fabricage ervan, en niet op het ogenblik van een eventuele latere omvorming of wijziging. Bijgevolg maakt bijvoorbeeld het vastplakken, vastschroeven, ... (of een ander beoogd systeem) van een opvouwbare of telescopische kolf nog niet dat het zou gaan om een vaste kolf. Het wapen blijft in principe ingedeeld in de categorie van de verboden wapens in de zin van de wapenwet. In België is de Proefbank de referentie-instantie wat betreft het categoriseren van wapens.
In geval van twijfel over de lengte van het wapen, kan de door de fabrikant (die niet altijd de verkoper is) geleverde informatie nuttig zijn.